Autisme
Leren omgaan met je omgeving
Kinderen en jongeren met autisme hebben meestal moeite met contact leggen of een gesprek voeren. Ze snappen sociale situaties en gevoelens van anderen niet altijd. Ook willen ze vaak dat dingen op dezelfde manier gaan. En het verwerken van informatie door te horen, zien, voelen, proeven en ruiken gaat anders dan bij anderen.
Hoe ziet de behandeling eruit?
Vrienden maken, gesprekken voeren, makkelijker kunnen omgaan met veranderingen. En niet meer zoveel last hebben van prikkels, zoals geluiden, geuren of smaken. Allemaal heel normale dingen die iedereen wil. Jij dus ook! Dat willen we samen met jou voor elkaar krijgen. Je autisme gaat niet over, maar de verschijnselen kunnen wel anders of minder worden. Je kunt léren er minder last van te hebben. Dat doen we zo:
- Je praat met een behandelaar. Je krijgt informatie over autisme en je bespreekt wat jij zelf kunt doen om er minder last van te hebben.
- Soms komt de behandelaar op jouw school om te vertellen hoe ze met jouw autisme om kunnen gaan.
- Je ouders krijgen begeleiding of training. Zo weten ze beter hoe ze jou het beste kunnen helpen.
- Soms krijg je naast de gesprekken ook medicijnen. Die zorgen ervoor dat je minder last hebt van bijvoorbeeld concentratieproblemen, driftbuien of angsten.
